THE KIWI EXPERIENCE

30 juni 2015 - Christchurch, Nieuw-Zeeland

Mijn Nieuw-Zeeland avontuur begon in Auckland en zoals in elk ander land dat ik heb bezocht in het afgelopen jaar, had ik bij aankomst geen concreet plan wat te doen. Toch vind ik dit altijd het leukst aan backpacken: het spontane. Zo vond ik het na een paar avondjes stappen in Auckland hoog tijd de omgeving te gaan verkennen. Dit is natuurlijk het best samen met wat jongeren die de omgeving al kennen. Via via ‘kende’ ik wat internationale studenten hier en zij nodigden mij uit voor een roadtrip naar de Pinnacles hike. Ondanks dat ik deze mensen nog nooit had ontmoet kon ik hier geen nee tegen zeggen. We vertrokken vroeg in de ochtend en stopten onderweg voor een lunchpauze bij één van de mooiste stranden van Nieuw-Zeeland (zie foto’s). Hier namen we een frisse duik (lees: extreem fris, want het is hier winter) en speelden we een potje rugby. Vervolgens reden we verder en kwamen we rond vier uur in de middag bij het begin van de hike aan. Het was een drie uur durende hike naar de top van de berg, waar we zouden overnachten in een van de berghutten. Het uitzicht was prachtig, maar omdat het de afgelopen dagen flink geregend had, was het behoorlijk glad en ben ik een paar keer goed onderuit gegaan. De zon gaat hier al om vijf uur onder en geloof me, over rotsen klimmen in het donker is best een moeilijke opgave!

Aangekomen in de berghut werd er gezellig gekookt, kaartspelletjes gespeeld en gedronken. Om zes uur in de morgen ging de wekker en werd er op een lege maag gehiked naar de top van de Pinnacles voor de zonsopgang. Helemaal buiten adem kwamen we hier aan, maar dat was het zeker waard. We keken hoe de zon opkwam achter de bergen en prachtige foto’s werden er weer gemaakt. Terug in de berghut genoten van een goed ontbijt voordat we begonnen aan de tocht terug naar beneden.

De roadtrip sloten we af met een ritje naar de Mount Eden, waar je een uitzicht hebt over de stad en de vulkanen. Auckland is namelijk gelegen in een vulkanisch veld. Meer dan 50 vulkanische objecten zijn er te vinden door de gehele stad. Sommige vulkanen zijn zelfs nog actief. 

Nadat ik afscheid had genomen van de groep bleef ik nog een nachtje in Auckland en begon daarna aan mijn eigen roadtrip. Ik had een auto gehuurd van vijf dagen waarmee ik naar het zuiden zou rijden. Ik moet eerlijk toegeven dat ik het eerst een beetje spannend vond om zo’n trip in me eentje te maken, maar gelukkig is alles goed gegaan. Mijn eerste stop was in Tongariro. Toen ik hier aankwam was het al donker geworden, wat het lastig maakte mijn camping te vinden. Wanneer ik deze eenmaal gevonden had, regende het pijpenstelen en besloot ik in de auto te slapen in plaats van mijn tentje op te zetten. 

De volgende ochtend stond ik vroeg op voor de Tongariro Alpine Crossing hike. Helaas stormde het in de ochtend nog steeds behoorlijk hard en was het zicht erg slecht. Ik heb deze hike dus helaas niet kunnen doen, omdat het mij onverstandig leek alleen. Dan maar doorrijden naar de hoofdstad van Nieuw-Zeeland: Wellington. Deze stad in het zuiden van het Noordereiland wordt ook wel 'windy city' genoemd en ik kan begrijpen waarom. Het was er erg koud en waaide inderdaad behoorlijk hard. Zelfs tijdens het rijden had ik het gevoel dat ik van de weg geblazen werd. Wellington is een erg gezellige, levendige en mooie stad. Ik was er graag wat langer gebleven, maar na een overnachting moest er weer terug gereden worden naar het noorden. 

Onderweg naar het noorden stopte ik bij Lake Taupo. Dit keer verbleef ik in een hostel, want slapen in de auto is toch niet zo comfortabel. Samen met Franzi, een Duits meisje wie ik hier had ontmoet, reden we de volgende ochtend naar de Huka Falls en vervolgens naar de warmwaterbronnen voor, dit keer, een warme duik. Hier hebben we wat locals ontmoet die ons uitnodigden in hun Nieuw-Zeelandse keet voor een huisfeestje.

Na een iets te gezellige avond reed ik die zondagochtend terug naar Auckland met een tussenstop in Rotorua. Deze stad kent veel geothermische activiteit van vulkanische oorsprong. Hier bezocht ik Wai-O-Tapu Thermal Wonderland. Dit nationaal park is het meest kleurrijke vulkanische gebied van Nieuw-Zeeland. Overal waar je loopt zie je vulkanische objecten. Dit was net zoals in Bolivia, toen ik de Salar de Uyuni tour deed, alleen aangekomen bij het einde van het park zag je hier een vulkaan zo groot en kleurrijk dat dit toch wel weer iets nieuws was.

Natuurlijk ben ik weer een aantal keer verkeerd gereden en kwam ik erg laat aan op de luchthaven. Om kosten te besparen werd er op de luchthaven geslapen, waarna ik in de ochtend naar Christchurch vloog en een dag later de bus zou pakken naar Queenstown. 

De route van Christchurch naar Queenstown was ontzettend mooi en vele foto's zijn er weer gemaakt. Halverwege werd er gestopt bij Lake Tekapo. Hier genoot ik van een lunch aan het water en het prachtige uitzicht op de bergen. 

Ik kwam op het juiste moment aan in Queenstown. Het winterfestival was namelijk begonnen, wat betekende dat er van alles te doen was in de stad. Dit festival duurde twee weken en bijna al mijn tijd in het Zuidereiland heb ik hier doorgebracht. Ik ben wezen hiken in de omgeving, veel wezen stappen, de verschillende marktjes bezocht, genoten van livemuziek en veel leuke mensen ontmoet. 

Na een week in Queenstown vertrok ik naar Dunedin. Dit keer niet per bus, maar liftend. Je bent natuurlijk geen echte backpacker als je tijdens je reis niet een keer gelift hebt. Dit was een erg leuke ervaring en ik kan het iedereen die in Nieuw-Zeeland is aanraden. De mensen zijn hier namelijk erg vriendelijk en het duurt meestal niet lang voordat er iemand stopt. Drie liften later was ik in Dunedin, waar ik afgesproken had met Franzi. 

Na de omgeving in deze studentenstad verkend te hebben, begonnen we aan onze roadtrip naar Milford Sound. Dit was een van de hoogtepunten tijdens mijn verblijf op het Zuidereiland. Milford Sound is de bekendste fjord van Fjordland. De fjord is ongeveer 16 km lang tot aan de open zee en 100 tot 450 meter diep. De rotsen zijn 1200 meter hoog en tijdens de gehele boottrip was het uitzicht adembenemend. Tijdens de tocht hebben we zelfs dolfijnen met ons zien mee zwemmen! Ook stopte de boot voor een van de watervallen. De kapitein vaarde alleen zo dichtbij dat wij, die op het dek stonden, helemaal zeiknat werden. 

Na de boottocht reden we terug naar Queenstown voor de laatste dagen van het festival, de ijshockeywedstrijd en om te gaan skiën. 

Queenstown speelde tegen Dunedin tijdens deze wedstrijd en er hing een geweldige sfeer. Iedereen was enorm fanatiek en er werd veel gedronken. Na de wedstrijd zijn we maar gelijk ons bed ingedoken, want vroeg in de morgen zouden we vertrekken naar het skigebied Cardrona. 

Het was alweer een tijdje terug dat ik voor het laatst ben wezen skiën, dus in het begin was het even wennen. Cardrona ligt anderhalf uur van Queenstown en vanaf de top van de piste heb je een prachtig uitzicht over het gebied, de bergen, de meren en Queenstown zelf. 

Zondag reden we terug naar Christchurch met een korte stop bij Mount Cook. Dit is het hoogte gebergte van Nieuw-Zeeland. 

Op het moment bevind ik mij op de luchthaven van Christchurch en begin ik bijna aan mijn reis terug naar Nederland. Mijn wereldreis zit erop en wat is het snel gegaan! Ik heb genoten en het was de beste ervaring ooit. Gelukkig heb ik nog een leuke trip naar Indonesië in het vooruitzicht, maar voor nu kijk ik er ook naar uit om iedereen weer te zien.

Tot snel! 

1 Reactie

  1. Riet van Middendorp:
    30 juni 2015
    Prachtig verhaal weer!!!